integrale tekst
Document voor een Nationale
Dialoog
In een context van grote internationale druk, politieke stagnatie en
oplopende spanningen heeft de president van het Palestijns Nationaal
Gezag (PNA), Abu Mazen (Mahmoud Abbas) HAMAS op 25 mei voor het blok
gezet: Onderschrijf uiterlijk 6 juni (later verschoven naar 9 juni) de
inhoud van het zogeheten Document voor een Nationale Dialoog, dat
onlangs door prominente, door Israel gevangen gehouden kopstukken van
FATAH, HAMAS, de Islamitische Jihad en het Volksfront voor de
Bevrijding van Palestina (PFLP) is opgesteld; zo niet, dan zal
bovengenoemd document, op gezag van de PNA-president, binnen 40 dagen
in een referendum aan Palestijnse kiesgerechtigden in de Bezette
Gebieden ter goedkeuring voorgelegd worden. [Zie voor reacties van de
kant van HAMAS de bijdrage van Khaled Amayreh, elders in dit nummer
van Soemoed; red.]. Hieronder volgt de integrale tekst van het
document.
Document voor een Nationale Dialoog
1. Het Palestijnse volk - thuis en in ballingschap - streeft naar de
bevrijding van zijn land, de verwezenlijking van zijn recht op
vrijheid, terugkeer en onafhankelijkheid, evenals op zijn recht op
zelfbeschikking, inclusief het recht een eigen staat, te vestigen in
heel het gebied dat in 1967 [door Israel] is bezet, met
[Oost-]Jeruzalem als hoofdstad; daarbij dient het recht op terugkeer
van de Palestijnse vluchtelingen gegarandeerd te zijn, alle
[politieke] gevangenen en gedetineerden dienen bevrijd te worden; wij
beroepen ons daarbij op de historische rechten van ons volk in het
land van zijn voorvaderen, het Handvest van de Verenigde Naties, het
internationaal recht en op wat de internationale rechtsorde aan
garanties biedt.
2. Doorvoering wordt bevorderd van wat in maart 2005 in Cairo is
overeengekomen inzake het ontwikkelen en activeren van de rol van de
Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO), de toetreding van HAMAS en
Islamitische Jihad tot deze organisatie - die de legitieme en enige
vertegenwoordigster is van het Palestijnse volk, waar dit zich ook
bevindt; dit in lijn met ontwikkelingen op het democratische vlak aan
het Palestijnse front en met [het streven] het vertegenwoordigende
karakter van de PLO - de legitieme en enige vertegenwoordigster van
ons volk - op een zodanige wijze te versterken, dat zij in staat is
haar verantwoordelijkheden op zich te nemen - verantwoordelijkheden
inzake het geven van leiding aan ons volk, thuis en in ballingschap,
door het te mobiliseren, zijn nationale, politieke en mensenrechten op
elk gebied en in elke functie te verdedigen, regionaal zowel als
internationaal; het nationaal belang verlangt daarbij, dat vóór eind
2006 een nieuwe Palestijnse Nationale Raad [het parlement van de PLO]
wordt samengesteld, op een zodanige wijze, dat de vertegenwoordiging
is gegarandeerd van alle krachten, facties, nationale en islamitische
partijen en groepen, waar zij zich ook bevinden, van alle sectoren,
instituties en persoonlijkheden, op basis van proportionele
vertegenwoordiging, dienstverlening en effectiviteit in de politieke
strijd, in de sociale domeinen en in die van het volk, en in het
beschermen van de PLO als raamwerk voor een breed front, een
alomvattende nationale coalitie en een nationaal kader, dat alle
Palestijnen, thuis en in ballingschap, met elkaar verbindt en op een
hoger politiek niveau tilt.
3. Hoewel het recht van het Palestijnse volk om zich te verzetten
wordt onderschreven, evenals de keuze [die gemaakt is] om zich met
alle middelen te verzetten, dient het verzet zich te concentreren op
de gebieden die in 1967 [door Israel] zijn veroverd; dit naast
politieke actie, onderhandelingen en diplomatie, en voortgaand
volksverzet tegen de bezetting - in elke vorm, op elke plaats en op
elk politiek niveau; daarbij wordt belang gehecht aan het vergroten
van de participatie van alle sectoren, fronten, groepen en publieken
binnen het volksverzet.
4. Een Palestijns plan wordt ontworpen voor alomvattende politieke
actie, die het Palestijnse politieke discours op elkaar moet
afstemmen, en die gebaseerd is op een Palestijns nationaal
consensusprogramma, op Arabische legitimiteit en op internationale
resoluties die fair zijn ten opzichte van ons volk, dat
vertegenwoordigd wordt door de PLO, het Palestijns Nationaal Gezag
(PNA) - zowel zijn president als zijn regering, nationale en
islamitische facties, de burgermaatschappij en publieke figuren - om
zo in staat te zijn de Arabische, islamitische en internationale
politieke, financiële, economische en humanitaire steun aan ons volk
en aan de PNA te reactiveren en uit te bouwen - dit alles ter
ondersteuning van het recht van ons volk op zelfbeschikking, vrijheid,
terugkeer en onafhankelijkheid; om het Israelische plan het hoofd te
bieden om aan ons volk een regeling op te leggen; en voorts om ons
teweer te stellen tegen de onrechtmatige belegering, waaraan wij thans
zijn blootgesteld.
5. Als de kern van een te vormen staat, wordt de PNA beschermd en
uitgebouwd - de PNA die door ons volk in het leven is geroepen dankzij
hun strijd, offers, bloed en het lijden van zijn kinderen; het
nationaal belang verlangt daarbij respect voor de tijdelijke grondwet
van de PNA, evenals voor de van kracht zijnde wetten; respect voor de
verantwoordelijkheden en het gezag van gekozen president; voor de wil
van het Palestijnse volk [als tot uitdrukking gekomen] in vrije,
democratische en faire verkiezingen; respect ook voor de
verantwoordelijkheden en het gezag van de regering, die het vertrouwen
van het parlement heeft gekregen; [gewezen wordt] op het belang en de
noodzaak van een creatieve samenwerking tussen de [FATAH-]president en
de [HAMAS-]regering en van gezamenlijk optreden, waarbij periodiek
overleg wordt gevoerd, om welk meningsverschil dan ook in een
broederlijke dialoog weg te nemen, in overeenstemming met de
voorlopige grondwet en het hogere nationaal belang; voorts de noodzaak
van een alomvattende hervorming van alle nationale instituties, vooral
in de rechtspraak, waarbij de wet op alle niveaus wordt gerespecteerd,
de genomen besluiten worden doorgevoerd en de rechtsorde wordt
ondersteund en versterkt.
6. Een nationale coalitieregering wordt gevormd, met deelname van alle
parlementaire blokken, met name FATAH en HAMAS, evenals van de
politieke krachten, die op basis van dit document en een gezamenlijk
programma willen deelnemen, om de leefomstandigheden van de
Palestijnen lokaal, op het Arabische front, regionaal en
internationaal te verlichten; met een krachtige nationale regering,
die de politieke steun van alle delen van het Palestijnse volk, alsook
van Arabische en internationale zijde, geniet, worden de uitdagingen
tegemoet getreden - een regering die het hervormingsprogramma kan
doorvoeren, de armoede en werkloosheid kan bestrijden; die de best
mogelijke steun kan verlenen aan die sectoren, die aan de gevolgen van
standvastigheid, verzet en opstand hebben blootgestaan en slachtoffer
zijn geworden van de misdadige Israelische agressie, vooral de
families van de martelaren en de gewonden, de eigenaren van woonhuizen
en van andere bezittingen, die door de bezettingsmacht zijn verwoest,
en voorts aan werklozen en afgestudeerden.
7. Het voeren van onderhandelingen behoort tot de bevoegdheden van de
PLO en de president van de PNA, op basis van het overeindhouden en
verwezenlijken van de Palestijnse nationale belangen en op voorwaarde
dat elke belangrijke overeenkomst ter ratificatie aan de nieuwe
Palestijnse Nationale Raad, of - indien mogelijk - per referendum aan
het volk wordt voorgelegd.
8. Bevrijding van de politieke gevangenen en gedetineerden is een
heilige nationale plicht, die alle nationale en islamitische krachten
en facties, de PLO en de PNA-president, evenals de Palestijnse
Wetgevende Raad [het parlement van de PNA] en alle verzetsbewegingen
op zich moeten nemen.
9. De inspanningen dienen verdubbeld te worden om de steun aan de
vluchtelingen te kunnen vergroten en hun rechten te kunnen verdedigen.
Een conferentie, waarin alle segmenten van de vluchtelingengemeenschap
zijn vertegenwoordigd, moet bijeengeroepen worden. Deze moet organen
in het leven roepen, die het recht op terugkeer moeten herbevestigen
en overeindhouden en die de internationale gemeenschap moet aansporen
om [VN-Veiligheidsraad-]resolutie 194 [1948], waarin gesproken wordt
over het recht op terugkeer en compensatie van de vluchtelingen, uit
te voeren.
10. Er moet gewerkt worden aan de vorming van een verenigd
verzetsfront - het 'Palestijns Verzetsfront' genaamd - dat leiding
geeft aan het verzet tegen de bezettingsmacht, het verzet bundelt en
coördineert en dit een politiek kader verschaft.
11. De democratische koers wordt voortgezet, waarbij - overeenkomstig
de wet - periodiek algemene, vrije en faire verkiezingen voor
president en parlement, evenals voor regionale en lokale raden worden
gehouden; waarbij het principe van een vreedzame wisseling van de
wacht wordt gerespecteerd; waarbij beloofd wordt de democratische
ervaring van Palestijnen en de democratische keuze en de resultaten
daarvan te respecteren; waarbij de rechtsorde, publieke vrijheden, de
persvrijheid, evenals de gelijkheid in termen van rechten en plichten
tussen de burgers, zonder onderscheid des persoons worden
gerespecteerd; en waarbij de vorderingen, die op het vlak van
vrouwenrechten zijn gemaakt, beschermd, uitgedragen en versterkt
worden.
12. De onrechtmatige belegering van ons volk door de Verenigde Staten
en Israel wordt verworpen en veroordeeld en de Arabieren worden
opgeroepen om openlijk en officieel het Palestijnse volk, de PLO en de
PNA te steunen; de Arabische regeringen worden opgeroepen om de
resoluties van Arabische topconferenties uit te voeren, zowel op het
politieke, financiële als economische vlak; en ook die waarin steun
wordt uitgesproken voor het Palestijnse volk, zijn standvastigheid en
zijn nationale zaak en waarin wordt herbevestigd dat de PNA zich
committeert aan de Arabische consensus en aan gezamenlijke Arabische
actie.
13. Het Palestijnse volk wordt tot eenheid en tot het sluiten van de
gelederen opgeroepen, door de PLO, de PNA-president en de regering te
steunen, evenals de standvastigheid en het verzet, geconfronteerd [als
Palestijnen zijn] met agressie en belegering; elke inmenging in de
interne aangelegenheden van de Palestijnen wordt daarbij afgewezen.
14. Elke vorm van tweedracht, verdeeldheid en datgene wat leidt tot
twisten wordt afgewezen; het gebruik van geweld, ongeacht de
rechtvaardiging die daarvoor wordt gegeven, om interne
meningsverschillen te beslechten, wordt veroordeeld; de inzet van
wapens tegen de zonen van het eigen volk dient verboden te worden,
onder verwijzing naar de heiligheid van het Palestijnse bloed [!]; het
aangaan van een dialoog is de enige weg om conflicten te beslechten,
waarbij via allerlei kanalen de opvattingen geuit kunnen worden,
inclusief die welke zich keren tegen de PNA en zijn beslissingen, mits
deze niet in strijd zijn met de wet; er is het recht op protest, in de
vorm van het organiseren van bijeenkomsten, demonstraties en
stakingen, mits deze vreedzaam verlopen, er geen wapens worden
meegedragen en deze geen inbreuk doen op personen, hun bezittingen of
op publieke eigendommen.
15. Het nationaal belang verlangt, dat gezocht wordt naar de meest
geschikte manier om ons volk en zijn politieke krachten in de Strook
van Gaza te betrekken bij de nieuwe omstandigheden in de strijd voor
vrijheid, terugkeer en onafhankelijkheid; en wel met betrekking tot de
bevrijding van de Westelijke Jordaanoever en Jeruzalem op een wijze,
die de standvastigheid en het verzet van ons volk daar werkelijk helpt
versterken. Het nationaal belang verlangt een herwaardering van de
meest succesvolle vormen en methoden van strijd tegen de bezetting.
16. De noodzaak om de Palestijnse veiligheidsdiensten te hervormen en
te moderniseren om deze beter in staat te stellen hun taken te
verrichten, zoals het verdedigen van de natie en de burgers, die
blootstaan aan bezetting en agressie, het bewaren van orde en
veiligheid, het doorvoeren van de wet, een eind te maken aan de chaos,
aan het in het openbaar dragen van wapens - zaken die het verzet
ernstig schaden, zijn imago aantasten en een bedreiging vormen voor de
eenheid binnen de Palestijnse samenleving; voorts is er de noodzaak om
de samenwerking tussen de veiligheidsdiensten en de verzetsbewegingen
te coördineren en te organiseren en hun bewapening te organiseren en
te beschermen.
17. De Palestijnse Wetgevende Raad wordt opgeroepen om door te gaan
wetten op te stellen, die de werkzaamheden van de veiligheidsdiensten
en de diverse afdelingen daarvan te reguleren en een wet uit te
vaardigen, op grond waarvan het verboden is voor functionarissen van
de veiligheidsdiensten om lid te zijn van een politieke partij en
dezen zich te laten onderwerpen aan het gekozen gezag, zoals de wet
voorschrijft.
18. Er wordt gewerkt aan een verbreding van de rol en de aanwezigheid
van internationale solidariteitscomités en groepen - vrienden van de
vrede - bedoeld om de standvastigheid van ons volk en hun rechtmatige
strijd tegen de bezetting en de kolonisatie en tegen de racistische
[Scheidings-]Muur-politiek te steunen, evenals de implementatie van
het advies van het Internationaal Gerechtshof [in Den Haag] om de Muur
en de nederzettingen en alles wat daar aan illegale zaken mee
samenhangt, te verwijderen.
(mei 2006)
was getekend:
Marwan Barghouti, secretaris-generaal FATAH
sheikh Abdel Khaliq al-Natsche, HAMAS-leiderschap
sheikh Bassam al-Saadi, Islamitische Jihad
Abdel Rahim Malouh, onder-secretaris-generaal PFLP
vertaling: Jochem van Oosten
Verschenen in Soemoed, jaargang
34, nummer 3 (mei - juni 2006), pp. 6-8
|